EY bouwstenenrapport mogelijke

Bouwstenenrapport: Impact van mogelijke wijzigingen in eigenwoningregeling

Related topics

Analyse van een recent rapport over de voorgenomen wijzigingen in de eigenwoningregeling en de mogelijke gevolgen voor Nederlandse huiseigenaren.

Door Joost van der Werff, Sr. Tax Consultant Business Tax Advisory


In het kort:

  • 4,5 miljoen Nederlanders worden geraakt door eigenwoningregeling
  • Hypotheekrenteaftrek: fiscale subsidie voor vermogenden?
  • Afschaffing 30-jaarstermijn mogelijk voordelig

Vereenvoudiging eigenwoningregeling: een complexe opgave

In een recent verschenen rapport dat mogelijk zal dienen als ondersteuning voor toekomstige wetgeving, worden verschillende wijzigingen in de eigenwoningregeling gesuggereerd. In onderstaande blog lichten we enkele mogelijke oplossingsrichtingen toe en bekijken we wat ze in de praktijk zouden betekenen.

Achtergrond rapport

Staatssecretaris Van Rij van Fiscaliteit en Belastingdienst heeft op 12 februari 2024 het rapport “Belastingen in maatschappelijk perspectief: Bouwstenen voor een beter en eenvoudiger belastingstelsel” aan de Tweede Kamer gestuurd. Dit rapport, aangekondigd tijdens Prinsjesdag 2023, heeft als doel de belangrijkste thema’s, knelpunten en oplossingsrichtingen van het gehele belastingstelsel te omvatten, zodat het kan dienen als ondersteuning bij de kabinetsformatie. Het volledige rapport is hier te lezen.

Kernpunten eigenwoningregeling

De eigenwoningregeling is ronduit complex, hoewel de basis simpel is: het inkomen uit de eigen woning wordt meegenomen in box 1 van de inkomstenbelasting. Dat inkomen bestaat enerzijds uit het zogeheten eigenwoningforfait (kort gezegd: een percentage van de WOZ-waarde van de woning), verminderd met de betaalde hypotheekrente. In vrijwel alle gevallen is dit saldo negatief, zodat effectief de betaalde hypotheekrente tot een verlaging van het inkomen in box 1 van de inkomstenbelasting leidt. Daarom spreekt met van een hypotheekrenteaftrek.

Bij de invoering van de huidige wet inkomstenbelasting in 2001, werd een termijn van 30 jaar geïntroduceerd. Dit maakte de hypotheekrente voor een periode van 30 jaar aftrekbaar. Deze termijn werd ingevoerd omdat steeds meer mensen een aflossingsvrije hypotheek afsloten en de politiek dit destijds ongewenst vond. Met de financiële crisis van 2008 in het achterhoofd, waarbij diverse huizen onder water kwamen te staan (de schuld van het huis was groter dan de waarde van het huis), lijkt dit geen onlogische keuze.

Mede om die reden is de eigenwoningregeling in wederom 2013 aangepast. Sindsdien is de betaalde hypotheekrente alleen aftrekbaar ten aanzien van eigenwoningschulden waarop ten minste annuïtair in maximaal 360 maanden wordt afgelost - de zogenaamde aflossingseis.

De eigenwoningregeling is ronduit complex, hoewel de basis simpel is: het inkomen uit de eigen woning wordt meegenomen in box 1 van de inkomstenbelasting

Afschaffing hypotheekrenteaftrek

Volgens dit scenario zou de afschaffing van de hypotheekrenteaftrek over een periode van 20 jaar plaatsvinden, door elk jaar 5% minder hypotheekrente in aftrek te mogen brengen. Op het eerste gezicht lijkt dit een makkelijk uitvoerbare regeling, maar de praktijk zal uiteraard in bepaalde gevallen anders zijn. Bovendien raakt de gefaseerde afschaffing voornamelijk de groep mensen die net een huis hebben gekocht en daarvoor een flinke hypotheek hebben afgesloten. Deze mensen hebben uiteraard gerekend op hypotheekrenteaftrek. Bovendien zal de bank, die de hypotheeklening heeft verstrekt, ook niet blij zijn: de kans op wanbetaling zal groter worden, als mensen jaarlijks minder netto overhouden. Mocht deze maatregel daadwerkelijk worden doorgevoerd, zou goed moeten worden gekeken hoe de opbrengsten hiervan door de overheid kunnen worden ingezet om geen ‘pechgeneratie’ te creëren.

Afschaffing 30-jaarstermijn

Daarnaast wordt in dit scenario de 30-jaarstermijn losgelaten. Deze maatregel komt niet direct logisch voor. Als iemand bijvoorbeeld in 2005 een eigenwoningschuld is aangegaan, zou diegene in principe tot en met 2035 recht hebben op hypotheekrenteaftrek. Als gevolg van de afschaffing van de 30-jaarstermijn, bestaat langer recht op hypotheekrenteaftrek (dus ook na 2035 in dit geval). Dit voordeel komt terecht bij de groep mensen die al lange tijd gebruik hebben gemaakt van hypotheekrenteaftrek, wellicht zelfs voor een aflossingsvrije lening (indien deze is afgesloten voor 2013). Afschaffing van de 30-jaarstermijn lijkt daarmee lijnrecht te staan tegenover de oorspronkelijke reden van de invoering ervan.

Een verklaring voor de schijnbaar vreemde afschaffing is dat de Belastingdienst, banken én burgers waarschijnlijk moeilijk aan de benodigde gegevens over de eigenwoningschuld kunnen komen, omdat het om gegevens van meer dan 20 jaar geleden gaat. De Belastingdienst voorziet dus een probleem bij de handhaving. Hoewel de afschaffing kan worden gezien als tegemoetkoming voor burgers, is de argumentatie erachter flinterdun: bij de invoering van de wet inkomstenbelasting in 2001 was uiteraard al te verwachten dat bepaalde gegevens na (meer dan) 30 jaar simpelweg niet meer kunnen worden achterhaald.

Afschaffing van de 30-jaarstermijn lijkt daarmee lijnrecht te staan tegenover de oorspronkelijke reden van de invoering ervan.

Wat kunnen we verwachten?

Het is natuurlijk nog maar de vraag of een nieuw kabinet de maatregelen uit het rapport overneemt. Gezien het feit dat deze maatregelen ingrijpend zijn voor veel mensen in Nederland en de budgettaire gevolgen voor de overheid aanzienlijk kunnen zijn, zal er eerst een flink politiek en maatschappelijk debat moeten plaatsvinden. Bovendien heeft een nieuw kabinet mogelijk een hele andere fiscale agenda en de Belastingdienst geeft al jaren aan dat systematische aanpassingen moeilijk of zelfs onmogelijk zijn. Tenslotte is het nog maar de vraag of het toevoegen van extra maatregelen aan de eigenwoningregeling bijdraagt aan het uiteindelijke doel: een beter en eenvoudiger belastingstelsel.

Samenvatting

Het recent verschenen rapport over de eigenwoningregeling suggereert diverse veranderingen voor toekomstige wetgeving. Het benadrukt complexiteit en wijst op mogelijkheden om het belastingstelsel te verbeteren. Kernpunten omvatten de complexe aard van hypotheekrenteaftrek en de afschaffing van de 30-jaarstermijn. Voorgestelde maatregelen, zoals geleidelijke afschaffing van hypotheekrenteaftrek en loslaten van de 30-jaarstermijn, roepen echter vragen op. Implementatie hiervan vereist zorgvuldige afweging en kan een politiek en maatschappelijk debat teweegbrengen.

Over dit artikel